Je kijkt me diep in de ogen en ik twijfel, is dit lust of is dit liefde. Ben jij hier voor mij of voor de seks. Ik voel me zo slecht, onzeker en een rare mix van lust en onvrede. Je kust me vol op de mond, je hebt zin en ik wil stoppen op dit moment krijg ik een paniek aanval. Ik houd mijn buik en worstel me los uit je greep, jij kust mij begerig, hebberig gehaast. Dit is pure lust, heeft niets met houden van te maken. Ik ben een dromer, een prinses op liefdesgebied, ik wil begeerd worden en niet gebruikt.
Een traan ontsnapt uit mijn oog, nu niet verdrietig worden. Ik moet me uit deze situatie redden en daar is kracht voor nodig. Vind je mij lief, vind jij mij aantrekkelijk, vind je mij niet te dik, ben ik wel je droomvrouw? Ik kan liefde niet los zien van lust, het lukt me echt niet, ook niet voor heel even. Ik wil bemind worden, veroverd en daarbij wil ik de regie niet verliezen, niet weer. Mijn zelfhaat is te sterk, ik ben gewoon een ramp op liefdesgebied. Mijn probleem is dat ik mij niet kan verliezen in een wereld waarin lust zege viert. Het loslaten van mijn onzekerheden vergt te veel strijd. Ik ben me te bewust van mijn eigen lichaam en te angstig voor wat die ander daar van vindt.
Ik ben de eetstoornis en ben de dwang. Ook ben ik ben de ongelukkige volwassene en ben niet in staat me voor de volle 100% te geven. Je grip is minder strak en wurm me los uit je lichte greep, je ziet nu pas mijn twijfel, je was zo bezig met je eigen ding. Ik wil je, fluister je zachtjes en ondertussen zucht ik, ik kan dit niet, niet meer. Met een betraande gezicht zit ik naast je op mijn te kleine bed, je troost me. Ik heb je overtuigd van mijn onwil, je laat me even gaan, je laat me huilen. Je begrijpt er helemaal niets van, waarom nou niet? Ik haat mezelf, zeg ik snikkend en kan het niet uitleggen, want het zit te diep. Ik voel me eenzaam, zo verdomd alleen. Hier zit je dan samen met mij en je zin is verdwenen, het heeft plaats gemaakt voor medelijde.
Oh wat haat ik het om eerlijk te zijn.